10/12/2021 0 Comments Juf, wat heb je een boze stemSoms maak ik ook minder leuke dingen mee. Of dingen die ik moeilijk vind. Vandaag maar eens een verhaal over mijn ‘boze stem’. Na een aantal weken waarin ik de stations inrichtte en de kinderen opdrachten gaf maakt het thema bos en bomen even plaats voor wat de kinderen het liefst willen doen. Ze bedachten: een knikkerbaan maken, een rendier figuurzagen, een kussentje naaien, slijm maken. Voor de laatste wens heb ik maizena aangeschaft; voor iedere groep 1 pakje. Verder wat goedkope douchezeep en scheerschuim. De meeste kinderen doen eerst het magische maizena proefje door maizena met alleen water te mengen. Het wordt dan een papje dat zowel hard als vloeibaar blijft; heel wonderlijk. Daarna wordt er druk gemengd en geroerd en hoor ik dingen als ‘satisfying’.
Bij de eerste groep had ik gedacht dat de kinderen zelf maat konden houden met de douchezeep en het scheerschuim. Dat bleek niet zo. Maar liefst een hele flacon ging op, net als een hele bus schuim. Oei! Ook het pakje maizena zorgde voor ellende. De kinderen zagen niet goed genoeg hoeveel er was en hoe ze dat eerlijk konden verdelen. Dus ik leerde dat ik dit soort materiaal zo moet aanbieden dat duidelijk is hoeveel er is en dat ik alleen geef hoeveel ikzelf vind dat verantwoord is om te gebruiken. Want op = op. Hoe zielig of lief de kinderen ook vragen om meer. Na een paar groepen had ik het redelijk onder controle. Tot ik vanmorgen een groep trof waardoor bij mij alle stoppen doorsloegen. Er werd ergens in het lokaal gewerkt met glitters. Er waren 10 minidoosjes met allerlei leuke kleurtjes. Bedoeld om de kerstkaarten mee te versieren of voor welk ander idee dan ook. En ja, sommige kinderen deden er ook wat van in de maizena-speelklei die ze hadden gemaakt. En toen ik even met iets anders bezig was gingen 2 jongens compleet los met al die doosjes. Ze hadden in no-time 5 doosjes leeg gemaakt en de tafel met maizena troep was één grote glitterbende. Ik ontplofte. Goed, bewust materiaalgebruik aanleren is een belangrijk doel van mijn werk in het atelier. Daar hoort ook het schoonmaken bij. Het afwassen met een afwaskwast, het uitwringen van een doekje en het dweilen van de vloer. Ik vind het al best erg dat ik degene ben die ze dit moet aanleren, maar ik doe het wel. Toen ik vanmorgen al dit verspild materiaal zag dat opgeruimd en schoongemaakt moest worden werd ik razend. Het gemak waarmee ze dit hadden gedaan, het feit dat ze niet aan de mogelijkheid hadden gedacht dat er misschien ook nog andere kinderen met de glitters wilden werken. Van jonge kleuters die van nature nog wat egocentrisch zijn kun je dit verwachten. Maar deze jongens zijn 10. Wat bezielde hen? Nu, een paar uur later, moet ik bekennen dat ik veel vaker moeite heb met onhandig/mateloos/grenzeloos gedrag van kinderen. Of het nu gaat om verf, hout, lijm, papier of textiel. Heel veel kinderen gebruiken teveel van welk materiaal dan ook, knippen in het midden van een groot vel of stuk stof, zagen een mooie plank in stukken om er vervolgens niets mee te doen. Veel ondoordacht gedrag, veel egocentrisch gedrag ook (het onderling maizena verdelen gaf regelmatig tranen van frustratie en onvrede) en als het om opruimen en schoonmaken gaat hoor ik veel te vaak: ‘ja, maar daar had ik niet mee gewerkt’. Ik vind dat een probleem. Is wat ik zie in mijn atelier een weerslag van hoe we in de samenleving met elkaar en de aarde omgaan? Je zou het bijna denken. Vandaag werd ik boos, maar daar voel ik me slecht over. Het helpt namelijk niks. Van de leerkracht hoorde ik wat meer over de ‘achterliggende problematiek’ van een van de jongens. En ja, hij kwam braaf sociaal gewenst ‘sorry’ zeggen na schooltijd, maar ik zag in zijn blik dat hij er niets van geleerd had.
0 Comments
Leave a Reply. |
Heleenwerkt als atelierpedagoog met kinderen uit de groepen 5 t/m 8 van de basisschool. |
Copyright © 2020 - algemene voorwaarden